Microsoft vs Google vs Apple in het PO en het VO: de cijfers

Kennisnet heeft onderzoek gedaan naar het gebruik van de omgevingen van Microsoft, Google en Apple in zowel het PO als het VO. Hierbij is een onderscheid gemaakt naar apparatuur en samenwerkomgevingen. Het laatste heeft Apple natuurlijk niet. Dus heeft men in dat kader gekeken naar het gebruik van Jamf, wat een beheeromgeving voor devices is.
Het beeld dat wordt geschetst door Kennisnet komt redelijk overeen met het beeld wat ik heb op basis van wat ik in de praktijk tegen kom.
 

Gebruik van de platformen

Als we kijken naar het gebruik van de platformen, dan is Microsoft 365 nog steeds dominant. In het VO wordt het door 83% van de respondenten gebruikt, in het PO door 79%. Het vergelijkbare Google Workspace is in gebruik bij 32% van de respondenten uit het VO en 45% van de respondenten uit het PO.
Jamf, wat eigenlijk niet vergelijkbaar is met Microsoft 365 en Google Workspace, is in gebruik bij 37% van de respondenten uit het VO en 46% van de respondenten in het PO.
 
Bij elkaar iedere keer geen 100%, zul je misschien denken. Dat klopt. De platformen worden namelijk vaak naast elkaar gebruikt. Zo ken ik verschillende schoolbesturen die Google Workspace inzetten richting de leerlingen en voor de onderlinge samenwerking met Microsof 365 werken. Ik zie overigens ook de eerste schoolbesturen die hiervan terug komen en uiteindelijk voor één platform gaan. Daarbij zijn er zeker in het PO ook steeds meer die voor uitsluitend Google Workspace kiezen.
Omdat er in de onderbouw en voor beeldverwerking in de bovenbouw ook gewerkt wordt met iPads heeft men tenslotte vaak ook JAMF in gebruik voor het beheer daarvan. Maar zoals gezegd, Jamf is geen samenwerkplatform.
 

Gebruik van apparaten

Kijken we naar de apparaten, dan is het beeld als volgt:
  • In het primair onderwijs wordt veruit het meest gebruik gemaakt van Chromebooks (60%), gevolgd door de iPad (25%) en Windows laptops/desktops (15%). Mijn ervaring is dat in het PO Windows machines vrijwel uitsluitend nog gebruikt worden door medewerkers. Voor leerlingen worden er eventueel nog een paar ingezet op het moment dat men bijvoorbeeld voor wat betreft het digitaal toetsen nog niet de overgang heeft gemaakt naar CP Online van Cito. Of voor wat betreft de dyslexie-software werkt met Kurzweil en nog niet de overgang heeft gemaakt naar een webbased alternatief zoals Textaid van Readspeaker.In de bovenbouw van het PO wordt vooral gewerkt met Chromebooks terwijl in de onderbouw de iPads favoriet zijn. De iPads worden overigens ook in de bovenbouw ingezet voor beeldverwerking (denk aan werken met green screens etc).
  • In het voortgezet onderwijs wordt juist veel meer gebruikgemaakt van Windows devices (58%). Chromebooks (32%) en iPads/MacOS devices (10%) worden beduidend minder gebruikt. Daar waar het er een aantal jaren geleden op leek dat de iPad het hele VO zou veroveren is deze tendens volledig omgeslagen. Veel scholen zijn er op terug gekomen omdat de iPad zich nu eenmaal veel minder dan een Windows laptop of Chromebook leent voor het produceren van content. Iets wat toch echt van leerlingen in het VO wordt verwacht, net als van leerlingen in de bovenbouw van het PO. Ik heb de indruk dat veel scholen die in eerste instantie hadden gekozen voor de iPad als device voor leerlingen de overgang hebben gemaakt naar Chromebooks. Ze hadden toen ze hadden gekozen voor de iPad namelijk al de overgang gemaakt naar een volledig webbased digitale leer- en werkomgeving voor leerlingen. Iets wat ook een voorwaarde is om te kunnen werken met chromebooks.
 

Momentopname

Bovenstaande is natuurljk een momentopname. Mijn verwachting is dat naarmate de tijd vordert het gebruik van de Chromebook in het VO nog wel iets zal groeien. In het PO kan dit bijna niet meer, tenzij het totaal aantal devices sterk toeneemt doordat bijvoorbeeld steeds meer scholen voor ieder kind een eigen device aanschaffen.
Ook in het VO worden steeds meer toepassingen webbased. En als je dan grotendeels webbased kunt werken (en dat kan: er zijn genoeg VO-instellingen die dit net als PO-instellingen al doen) zijn er voldoende argumenten om voor leerlingen de overgang te maken naar de Chromebooks en alleen voor een aantal specifieke toepassingen nog een beperkt aantal Windows-machines in te zetten. Niet in de laatste plaats de besparingen die mogelijk zijn op de beheerslasten. Daar waar een ICT-beheerafdeling niet zelf het initiatief neemt om de voor leerlingen de overgang te maken naar de Chromebooks zie ik op veel plaatsen dan ook bestuurders het initiatief nemen. Al dan niet hiertoe aangezet door een Raad van Toezicht.
 
Voor wat betreft de platforms vindt ik het lastiger te voorspellen wat er gaat gebeuren. Jamf zal waarschijnlijk stabiel blijven omdat het aantal iPads stabiel blijft. Maar of Google Workspace nu gaat groeien ten koste van Microsoft 365 of andersom? We gaan het beleven. Ik kon zo snel geen betrouwbare recente cijfers vinden over de ontwikkeling van het marktaandeel van beide partijen binnen het onderwijs in Nederland.